Inhoud
Profiel definities
Sommige modulen van Concept Office kunnen uigebreidt worden met zelf gedefinieerde, zogenaamde Profielmaskers.
Het onderhouden van profielen wordt hier beschreven.
Aanmaken en bewerken van profielen
Aanmaken van profiel definities
Allereerst dienen de kopgegevens van het profiel vastgelegd te worden.
Als Profiel wordt een eenduidige naam gekozen. De beschrijving wordt binnen Concept Office voor selectie/aanzicht toegepast. De lokatie en/of toewijzing van het profiel wordt in het veld Profielsoort geselecteerd. Bestaan er meedere profielen voor één profielsoort, dan kunt u deze aansturen middels Volgorde tonen, hoe de profielen weergegeven dienen te worden.
Vastleggen van de Layout
Als nächstes wird der eigentliche Inhalt des Profils spezifiziert. Dazu stehen verschiedene Typen von Eingabefeldern, sogenannte Steuerelemente, zur Verfügung. Die Auswahl erfolgt über das Kontextmenü:
Legen Sie nun nacheinander die einzelnen Felder für das Profil an.
Details der Profileinträge
Die einzelnen Felder werden als Profileinträge bezeichnet. Durch Doppelklick eines Feldes oder durch Auswahl im Unterbaum des Profils können diese aufgerufen werden. Nun werden die Profileinträge und deren Verhalten detailliert eingestellt.
Das Maskenbezeichnung speichert den Namen des Feldes, wie er im Profil angezeigt werden soll. Für Suchen und Recherchen kann abweichend eine Recherchebezeichnung hinterlegt werden, z.B. ergänzt um den Profilnamen. Außerdem kann der Datentyp des Profileintrags hier verändert werden.
Auch Steuerinformationen wie Positionen und Größe des Feldes, sowie die Reihenfolge wie die Felder angesprungen werden (Tab-Index) können hier eingestellt werden.
Programmverhalten von Profilen
Anzeige im Modul
Nach Anlage des Profils ist eine neue Registerkarte im durch die Profilart zugewiesenen Modul verfügbar.
Nach Aufruf der Registerkarte können die Felder nun gefüllt werden.